Doelstelling
3.1 Jeugdigen krijgen meer kansen in het onderwijs, gericht op een startkwalificatie, en waar niet haalbaar, op een voor hen passende vervolgstap
We werken continu aan het voorkomen en bestrijden van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten door het teruggeleiden van jeugdigen naar het onderwijs of de arbeidsmarkt. Dit doen wij omdat onderwijs een cruciale rol speelt bij het bieden van gelijke kansen aan alle jeugdigen. Wanneer jeugdigen regelmatig school missen, lopen ze het risico belangrijke leerervaringen en kennis mis te lopen. Daarnaast kan schoolverzuim ook sociale en emotionele gevolgen hebben. Met onderstaande prestaties dragen we bij aan het terugdringen van verzuim/voortijdig schoolverlaten. Daarnaast is het in het kader van kansengelijkheid belangrijk dat alle jeugdigen toegang hebben tot cultuur en sport. Met onderstaande prestatie onder 3.1.4 wordt extra aandacht besteed aan jeugdigen op achterstandsscholen. |
---|
Prestatie
3.1.1 Wij voorkomen en bestrijden schoolverzuim zodat in 2024 het aantal leerlingen in Apeldoorn dat absoluut verzuimt lager blijft dan dat van het landelijke gemiddelde (2,7 per 1000 ll)
In schooljaar ’23-’24 gaan we op alle PO en VO scholen aan de slag met een geactualiseerd thuiszittersprotocol. Hiermee wordt ingezet op het terugdringen van absoluut verzuim. In het protocol ligt de nadruk op vroegtijdige interventie en ouderbetrokkenheid om een betere samenwerking tussen school, thuis en overige partijen te bevorderen. Hierdoor komt er meer ruimte tot laagdrempelige individuele ondersteuning voor leerlingen die dit nodig hebben, waardoor leerlingen minder verzuimen. |
---|
Prestatie
3.1.2 Wij voorkomen en bestrijden relatief schoolverzuim zodat het relatief verzuim in 2024 daalt naar maximaal het landelijke gemiddelde (= 20 per 1.000 leerlingen)
Wij gaan relatief schoolverzuim te lijf door de methodiek MAZL op alle VO scholen in Apeldoorn uit te rollen. M@zl (staat voor Medische Advisering van de Ziekgemelde Leerling) is een gezamenlijke aanpak om leerlingen met ziekteverzuim tijdig te signaleren en te begeleiden. Het is een aanpak waarbij zowel school, jeugdarts als leerplichtambtenaar betrokken zijn. Het doel is om hiermee het verzuim terug te dringen. Naast M@zl is in 2022 gestart met de invoering van LiZ (Leerlingen in zorg). Met deze werkwijze tussen de samenwerkingsverbanden passend onderwijs, leerplicht en het CJG zorgen we dat leerlingen die meer zorg nodig hebben niet thuis komen te zitten. Zo kunnen we met de inzet van LiZ zorgen we dat jeugdigen, waar mogelijk, geheel of deels onderwijs krijgen in een passend onderwijs – zorgarrangement. De uitrol van M@ZL wordt gedaan vanuit de NPO gelden (Nationaal Programma Onderwijs). Zowel M@zl als LIZ worden geborgd in het Actieplan Preventie Jeugdzorg en Onderwijs. |
---|
Prestatie
3.1.3 Het aantal leerlingen dat zonder startkwalificatie het onderwijs verlaat daalt in 2024 (-0,35%) naar het landelijk gemiddelde van 2,35%
In 2024 zetten we in op de doorontwikkeling van doorstroomteams binnen het MBO. De doorstroomteams zijn gestart in 2023 en begeleiden leerlingen in het laatste schooljaar en helpen ze voor te bereiden op de arbeidsmarkt. Leerlingen op VSO/Pro scholen worden, daar waar nodig, tijdens de uitstroomperiode begeleid door een toekomstcoach op hun vervolgstap. De toekomstcoach wordt gefinancierd via de NPO-gelden en is opgenomen in het Actieplan preventie Jeugdzorg en Onderwijs. Tot slot zal in 2024 de leeftijd van jeugdigen die worden begeleid door het doorstroompunt (oude RMC) omhooggaan van 23 naar 27 jaar. Hiermee worden ook jongeren tot 27 jaar begeleid gericht op een startkwalificatie, en waar niet mogelijk naar een passende vervolgstap. |
---|
Prestatie
3.1.4 Leerlingen van onderwijsachterstandsscholen in 2 gebieden hebben toegang tot cultuur- en sportactiviteiten na school.
Uit onderzoek blijkt dat toegang tot buitenschoolse kennisbronnen, zoals cultuur en sport, positieve invloed heeft op de sociaal-emotionele ontwikkeling van jeugdigen, stress kan tegengaan en een positieve invloed kan hebben op schoolprestaties. Om deze reden bieden we leerlingen in groep 4 t/m 8 op basisscholen met de meeste achterstanden een rijke schooldag, met na schooltijd een aanbod op het gebied van sport en cultuur. Hiermee bieden we een rijke schooldag waaraan leerlingen uit de midden- en bovenbouw kunnen meedoen. Scholen die bij elkaar in de buurt liggen, bieden een gezamenlijk programma aan. We starten in het schooljaar 2024/2025 met 2 gebieden/wijken. Deze actie volgt uit het Actieplan Preventie Jeugdzorg en Onderwijs. |
---|
Doelstelling
3.2 Er is meer verbinding tussen thuis, school en zorg rondom de jeugdige
We zien gefragmenteerde hulp op en rond school, waarbij de aansluiting tussen thuis-jeugdzorg-onderwijs niet altijd goed loopt. Zo zien wij dat de terugkeer van jeugdigen uit jeugdzorg naar onderwijs niet vlekkeloos verloopt of dat problemen bij jongeren te laat worden gesignaleerd. Bij sommige scholen heeft bijna een kwart van de jeugdigen een jeugdzorgindicatie. Scholen geven aan dat het grote aantal leerlingen met zorgvragen een grote invloed heeft op het onderwijs. Via onderstaande prestatie dragen we bij aan een betere verbinding. |
---|
Prestatie
3.2.1 Voor leerlingen op 14 onderwijsachterstandenbeleid (oab) scholen en 2 VMBO scholen wordt de verbinding tussen thuis, school en zorg verbeterd.
We versterken de zorgstructuur rond het onderwijs. In de Hervormingsagenda staat dat juist op school ondersteuning eraan kan bijdragen dat kleine problemen klein blijven. Vanuit het Actieplan Preventie Jeugdzorg en Onderwijs gaan we in 2023 voor leerlingen op 14 onderwijsachterstandenbeleid (oab) scholen en 2 VMBO scholen de verbinding tussen thuis, zorg en school verbeteren. Samen met de school wordt gekeken welke ondersteuning het meest passend is, schoolmaatschappelijk werk, de inzet van een OJA pedagoog of een jongerenwerker. De inzet van deze ondersteuning zal waar mogelijk collectief worden ingezet en waar nodig individueel. |
---|
Doelstelling
3.3 Verspreid over de stad en de dorpen hebben we meer kwalitatief goede schoolgebouwen.
We investeren in toekomstbestendige schoolgebouwen, passend bij de wijk of dorp en zoveel mogelijk duurzaam gebouwd. Kwalitatief goede schoolgebouwen kunnen een centrale rol spelen als maatschappelijk middelpunt in de wijk of dorp. Hierbij kunnen schoolgebouwen bijdragen aan kansengelijkheid en inclusiever onderwijs, onder andere door partners voor onderwijs, opvang, jeugdzorg en sport en cultuur in en om het schoolgebouw samen te brengen. Het streven naar gelijke kansen in het onderwijs vereist dat alle jeugdigen gelijke toegang hebben tot een goede onderwijsomgeving, ongeacht hun achtergrond of locatie. |
---|
Prestatie
3.3.1 De vernieuwde uitvoeringsagenda van het beleidsrijk Integraal Huisvestingsplan (IHP) met een looptijd van 4 jaar (en doorkijk naar de volgende 12 jaar) is conform planning uitgevoerd
In 2023 wordt het nieuwe beleidsrijke Integraal Huisvestingsplan (IHP) vastgesteld. Onderdeel van dit plan is een uitvoeringsagenda waarin wordt opgenomen welke projecten in 2024 zullen gaan starten ten gevolge van dit IHP. In het IHP worden duidelijke afspraken gemaakt waarbij meer sturing op onderwijshuisvestingsprojecten inclusief een meerjarig investeringsprogramma, moet leiden tot goede duurzame en toegankelijke schoolgebouwen waarbij projecten volgens planning worden afgerond. |
---|
Doelstelling
3.4 Meer jonge kinderen met een risico op ontwikkelachterstanden hebben de kans op een goede start in het basisonderwijs door passende ondersteuning.
Om kansengelijkheid te bewerkstelligen is inzet op het jongste kind noodzakelijk. Wij zien steeds met jonge kinderen met (een risico op) ontwikkelingsachterstanden. Hoe eerder deze jeugdigen in beeld zijn en extra uitdaging en ondersteuning krijgen aangeboden, hoe beter hun kansen zijn in het onderwijs, maar later ook op de arbeidsmarkt. Vanuit onderstaande prestaties wordt bijgedragen aan het versterken van de kansengelijkheid. In 2024 gaan verder onderzoeken of en hoe we de effectiviteit van inzet op ontwikkelachterstanden het beste kunnen meten aanvullend op de indicatoren zoals genoemd bij de prestaties. |
---|
Prestatie
3.4.1 100% van de kinderen op de voorscholen laat een groei zien waardoor hun achterstanden worden verkleind
In de voorschoolse educatie (ve) richten wij ons op kinderen tussen 2,5 en 4 jaar oud met (risico op) onderwijsachterstand. VVE heeft als hoofddoel heeft om een achterstand in ontwikkeling te verkleinen/weg te werken. Bij het evalueren van ons programma meten we de groei van leerlingen ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Met de VVE willen we zorgen dat 100 % van de kinderen op de voorscholen een groei laten zien waardoor hun achterstanden worden verkleind. |
---|
Prestatie
3.4.2 In 2024 maken 90 kinderen, van ouders met inkomen tot 130% van het sociaal minimum, met ondersteuning van de gemeente gebruik van kinderopvang
Uit onderzoek blijkt dat vanaf 2 jaar deelname aan universele kinderopvang positief bijdraagt aan de cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen op middellange en lange termijn, met de sterkste positieve effecten voor kinderen die opgroeien in kansarme situaties. In 2024 zetten we in op preventie, door meer peuters uit gezinnen in armoede de kans zich in een ontwikkelrijke omgeving voor te bereiden op het basisonderwijs. Op dit moment hebben we budgettair ruimte voor 90 kinderen. Hiermee verminderen we voor meer leerlingen achterstanden bij start van het basisonderwijs. Deze actie volgt uit het Actieplan Preventie Jeugdzorg en Onderwijs. |
---|